Om twee touwen van gelijke dikte stevig aan elkaar vast te maken.
1. Leg het linkereind van het touw over het rechtereind en haal het eronderdoor.
2. Leg nu het rechtereind over het linkereind en haal het eronderdoor.
3. Trek aan beide uiteinden tegelijk zodat de knoop strak wordt.
Om een dun touw aan een dik touw vast te maken.
1. Maak met het dikke touw een lus.
2. Steek het uiteinde van het dunne touw van achteren door de lus.
3. Breng het onder de lus door.
4. Steek het onder het eerste stuk van het dunne touw.
5. Trek de knoop stevig aan.
Om snel een touw te bevestigen en net zo snel weer los te halen.
1. Maak een lus in het touw.
2. Leg het korte eind over het lange eind.
3. Steek het korte eind van achteren door de lus.
4. Trek beide uiteinden aan tot je een '8' ziet.
Om een sterke lus te maken die niet vastklemt en altijd los te krijgen is.
1. Maak een lus naar jezelf toe en laat genoeg touw over.
2. Steek het uiteinde van het touw van onderaf door de lus.
3. Breng het uiteinde achter het lange deel van het touw.
4. Steek het uiteinde weer van voren door de lus.
5. Trek de knoop aan en pas de lus op maat aan.
Om snel een touw te bevestigen en net zo snel weer los te halen.
1. Sla het touw één keer rond de paal.
2. Sla het nog een keer rond, maar nu kruislings over het eerste stuk.
3. Steek het uiteinde onder het kruis door.
4. Trek stevig aan.